Als mensen horen dat ik studeer is natuurlijk altijd de eerste vraag wat ik dan studeer. Als ik dan antwoord Taalwetenschap, volgend er nog veel meer vragen. Vragen als ‘Hoeveel talen spreek je dan?’, ‘Jij bent vast heel goed in Nederlands?’, ‘Om welke taal gaat dat dan?’ en ‘Hoe spel je willekeurig moeilijk woord?’. heb ik de afgelopen drieënhalf jaar maar wat vaak te horen gekregen. Voor veel mensen is het niet duidelijk wat mijn studie precies inhoudt en ik snap dat ook wel. Het is natuurlijk niet zo’n studie als Geneeskunde of Rechten waar mensen gelijk een beeld bij hebben. Daarom leek het mij leuk om jullie uit te leggen waar mijn studie eigenlijk over gaat.
Om te beginnen verschilt de inhoud van de opleiding Taalwetenschap best wel per universiteit. Ik studeer zelf aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en daar richt de studie zich erg op taalleerproblemen en het leren van Nederlands als tweede taal. Om dus maar op één van de vragen antwoord te geven: néé ik spreek niet heel veel talen. Ja ik spreek Nederlands, Engels en een klein beetje Frans, maar daar houdt het wel zo’n beetje mee op. Het draait in de opleiding Taalwetenschap namelijk helemaal niet om het leren van talen, maar om de achtergrond van taal. We hebben het over de verschillende aspecten van taal, de achtergrond van taal en problemen die kunnen optreden bij het leren van een taal. En dit draait niet per se om één specifieke taal. Hoewel ik in mijn opleiding vooral bezig ben met het Nederlands, komen er ook wel eens andere talen voorbij. Zo had ik vorig jaar in het laatste jaar van mijn bachelor het vak Taaltypologie waarbij het ging over hoe verschillende talen in de wereld in elkaar zitten en hoe deze talen aan elkaar gerelateerd zijn. Daarnaast heb ik ook vakken gehad over bijvoorbeeld dyslexie en over mensen die Nederlands als tweede taal leren.
Taalwetenschap is dus een best brede opleiding over verschillende aspecten van taal. Het is dan ook vaak moeilijk om antwoord te geven op de vraag ‘Wat kan je daar dan mee?’. Want net als dat de opleiding heel breed is, is het werkveld ook heel breed. Zo kan je bijvoorbeeld op een school terechtkomen om daar advies te geven over bijvoorbeeld dyslectici, maar kan je ook aan de slag gaan bij een organisatie als CITO, waar je dan toetsen kan gaan ontwikkelen. Zelf weet ik eigenlijk nog niet precies wat ik wil, al ben ik nu met mijn master bezig en ben ik dus bijna klaar met mijn studie. Waarschijnlijk ga ik hierna nog een master doen, Schrijven en Vertalen met de afstudeerrichting Schrijven. Ik heb dus nog even tijd om te denken waar ik terecht wil komen. Wellicht dat die master mij zo goed bevalt dat ik meteen weet wat ik wil.
Tot slot een plaatje van Linguistics lama. Deze teksten zijn altijd heel herkenbaar voor een taalwetenschapper.

2 reacties op “Mijn studie: Taalwetenschap”